De algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst van de Tweede Kamer overlegde vandaag met minister Blok over de voortgang in de huisvesting van EU-arbeidsmigranten. De Minister had de Kamer daarover geïnformeerd bij brief van 1 oktober. Bovendien had hij op 2 december jl. bestuurlijk overleg met de vertegenwoordigers van 9 regio's en de betrokken landelijke organisaties.
De commissieleden toonden zich opnieuw vrij kritisch waar het voortgang met de huisvesting betrof, hoewel de minister er op wees dat in 8 van de 9 regio’s nu in ieder geval bestuurlijke afspraken tot stand zijn gekomen over aantallen en verdeling. Het overleg dreigde meerdere keren een veel bredere problematiek te gaan omvatten dan alleen de huisvesting zelf. De minister beperkte zich tot dat laatste onderwerp, dat al ingewikkeld genoeg is, en kreeg daarvoor de steun van de meeste leden.
Commissieleden stelden concrete vragen over een aantal onderwerpen, waaronder de beperkingen die woningcorporaties ervaren om hun rol op dit vlak te spelen. De minister antwoordde dat er geen sprake is van een verbod om in de logiessfeer werkzaam te zijn, maar dat hij er bij het voorstel tot Herziening van de Woningwet wel naar toe wil dat daarvoor geen staatssteun in de vorm van WSW borging mag worden ingezet. Over de administratieve problemen rond de inkomenstoets meldde hij dat op dit moment onderzocht wordt of een inkomensverklaring van de werkgever vooraf daarvoor soelaas kan bieden. Het onderzoek betreft m.n. de fraudegevoeligheid van zo’n verklaring.
Ook beloofde de minister met de werkgevers- en werknemersorganisaties achter het keurmerk SNF te overleggen over de vraag of dat keurmerk de lat wel hoog genoeg legt.