Woonvormen bij flexwonen

Flexwonen is niet gebonden aan één bepaalde vorm van huisvesting. Flexwonen biedt snelle oplossingen, die daardoor ook vaak maar tijdelijk zijn. Juist omdat de vraag veel groter is dan het aanbod wordt er creatief gezocht naar oplossingen. Overal waar gebouwen of locaties geschikt zijn voor wonen of tijdelijk verblijf wordt er gebruik van gemaakt. Van leegstaande kantoren tot vakantiehuisjes. En van onderhuur in woningen tot woonunits op een tijdelijke plek.

  • Flexwonen kan heel goed in permanente gebouwen die voor tijdelijk wonen zijn bedoeld. Denk aan studentenhuisvesting of logiesaccommodaties voor arbeidsmigranten.
  • Het kan ook in gebouwen die maar tijdelijk voor een woonfunctie beschikbaar zijn, zoals kantoren, zorginstellingen, scholen, of kerken die in afwachting zijn van herontwikkeling.
  • Het kan ook in verplaatsbare woningen op locaties die maar tijdelijk beschikbaar zijn.

Naarmate het verblijf van kortere of langere duur is, komen andere vormen van huisvesting in beeld. Eerste opvang en kort verblijf voor b.v. seizoensarbeid kan vaak plaatsvinden in pensions of logiesverblijven. Naarmate mensen langer blijven zullen er hogere eisen aan privacy en gebruiksmogelijkheden worden gesteld. Kamergewijze verhuur, wooneenheden en zelfstandige woningen komen dan in beeld. Naast de vraag welke woon- of verblijfsvorm voor de flexwoner zelf het meest geschikt is, speelt ook welke vormen in planologisch of in sociaal opzicht gewenst zijn. Daarbij spelen b.v. de schaalgrootte, het uiterlijk en de beheervorm een belangrijke rol.

Dit dossier bevat informatie over verschillende huisvestingsvormen.

 


Uitgelicht